Coöperatief samenwerken

Op deze inspiratiesessie leerden we een aantal belangrijke lessen die we kunnen meenemen voor onze werking met onze eigen lokale partners:

• Alleen ga je sneller, samen geraak je verder.

• In een coöperatie streef je gelijkwaardigheid na, geen gelijkheid. Dit betekent bijvoorbeeld dat niet elke coöperant even veel middelen moet inbrengen of bezitten, bijvoorbeeld even veel grond (en dat dus niet iedereen gelijk is), maar dat elke coöperant wel gelijkwaardig is, en dat zijn stem dus even veel te zeggen heeft.

• Een coöperatie van boven opleggen werkt niet, dit moet van onderuit gedragen worden. Dit standpunt delen wij volledig. Via onze partnerorganisatie Walusungu kunnen we van onderuit telers bij de nieuwe teelten en de vermarkting ervan betrekken, vertrekkende van de inzichten die ze zelf aanbrengen. 

• Werk met gemotiveerde telers

• Er moet een voortdurend engagement zijn om een correct product te leveren. Dit moet worden opgevolgd en getest

• Het is nodig 1 of meer professionelen aan te stellen die teelttechnisch iedereen opvolgt.

• Vertrekken van de vraag, contracten afsluiten. Veel afnemers willen overeenkomsten over meerdere jaren en betalen liever een gemiddelde prijs. Trachten een stabiele prijs te bekomen over de jaren heen. Om dit te bereiken is het nodig om de verkoop in handen van de CBO te houden zodat de prijsonderhandelingen voor alle boeren samen kunnen plaatsvinden.

• De telers betalen een instapkost voor de werkingskosten te dekken. Zodoende worden ze geresponsabiliseerd en blijven ze ook ideeën aandragen omdat het ‘hun’ CVBA is.

• Telers controleren mede-telers om de kwaliteit hoog te houden. Zo blijft de CVBA zeker van haar producten. Tegelijk werkt dit samenwerking in de hand: telers geven elkaar tips om de kwaliteit te verbeteren.

• Er is een werkgroep per product voor de teelttechnische aangelegenheden en de voorzitter van elke werkgroep maakt deel uit van het hoofdbestuur van de CVBA.

• Trachten de coöperatieve gedachte verder in de keten inbouwen. De landbouwers worden ondersteund door verwerkers verder in de keten. OF De verwerkers verder in de keten worden ondersteund door de landbouwers.

• Belangrijk is dat de aandelen van de coöperatie niet overdraagbaar zijn en dat elk bedrijf, groot of klein, één aandeel en één stem heeft. De ervaring leert dat de kleinere bedrijven actiever zijn in de coöperatie omdat het aandeel voor hen procentueel een veel grotere investeringskost vertegenwoordigde.

• Om verschillen in kwaliteit op te vangen word er door sommige leveranciers gewerkt met een hoge en lage prijs naargelang de kwaliteit en krijgt elke landbouwer een gemiddelde prijs voor zijn product. Zo wordt het risico van omgevingsfactoren voor een specifieke landbouwer in een bepaald jaar uitgeschakeld: hij verkrijgt de gemiddelde prijs, net zoals zijn collega’s die wel goede kwaliteit leverden dat jaar. Landbouwers die gedurende bvb. 3 jaren telkens slechte kwaliteit leveren, en zo eigenlijk profiteren van de coöperatie, mogen niet meer leveren.

• Regelmatig bij de leden langs gaan om alle verwachtingen te kennen.